maandag 22 juni 2009

Waarom toch?

Af en toe zijn er van die trends die je maar niet kunt of wilt begrijpen. Daarbij kan ik me vooral erg verbazen over schoenenmode. Jaren geleden had ik dat met de puntlaars. Later bijvoorbeeld met de ugg en de croc (wanneer gaan die nou eindelijk weer uit modebeeld verdwijnen?). Recent is er een nieuwe verbazing bij, over de Birkenstock-teenslippers. Die vind ik dus echt foeilelijk! Over het waarom van die dingen breek ik me al het hele seizoen mijn hoofd. Maar nu niet meer.
Vrijdagochtend, de eerste les. Een leerling komt aan de late kant het lokaal binnen en huppelt op haar vriendinnen af. 'Hoe vinden jullie mijn nieuwe birkies?'
Oh's en ah's.
'Kei leuk!'
'Gaaf!'
Even laat ze zich de bewondering aanleunen. Dan zegt ze übernonchalant: 'Echt? Ik vind ze zelf namelijk spuuglelijk, maar ze zitten zo lekker.'

dinsdag 2 juni 2009

DVN gaat te biecht

In mijn studententijd was het een goed gebruik onder mijn vrienden om af en toe eens lekker af te geven op A.F.Th. (van der Heijden). Bah, wat schreef die man langdradig. Bah, wat was het allemaal goor. En megalomaan. Leven in de breedte, ja, het is hem aan te zien! Toppunt van de schimppartij was dat iemand (meestal Rosalie) riep: 'Als ik een aft wil, dan kweek ik er zelf wel één!'
Natuurlijk deed ik hier volop aan mee. Niets is immers zo goed voor de sociale cohesie als een gezamenlijke vijand. Dat ik eigenlijk wel een beetje genoten had van dat ene boek dat ik van A.F.Th. gelezen had (De gevarendriehoek, het voor Nijmeegse Neerlandici uiteraard verplichte tweede deel uit de Tandeloze Tijd), zat hem, zo maakte ik mezelf wijs, alleen in het feest der herkenning (A.F.Th. kwam uit het mij goed bekende G. en zat op mijn middelbare school).
Na mijn studententijd hoefde ik niets meer te lezen en dus lag er nooit een A.F.Th. op mijn nachtkastje. Tot mijn vader, groot fan, twee jaar geleden het cordon sanitaire doorbrak. Het schervengericht moest ik echt meenemen op vakantie. Aangezien mijn respect voor mijn vader nog altijd groter was (is) dan mijn weerzin tegen A.F.Th. sloeg ik het boek braaf op dag 1 open. Om het alleen nog dicht te doen als ik ging slapen of zwemmen.
Langdradig? Wat heet. Goor? Af en toe, maar altijd in dienst van het verhaal. Megalomaan? Zonder meer, maar het was dan ook briljant. Nog drie kwart jaar hield ik vol dat het alleen aan dit ene boek lag. Tot mijn vader op de vooravond van een nieuwe vakantie Advocaat van de hanen in mijn tas duwde. Ook dat las ik in één ruk uit en daarna was het hek van de dam. In een jaar tijd las ik vrijwel alle verschenen delen van Homo Duplex (De Movo-tapes staat op het programma voor de zomervakantie), enkele losse boeken en de Tandeloze Tijd. Ik genoot volop van De slag om blauwbrug, belde mijn vader op om passages uit Vallende ouders voor te lezen en vond De gevarendriehoek bij herlezing geweldig. Tegen de 1300 pagina's van deel drie uit de cyclus, Het hof van Barmhartigheid en Onder het plaveisel het moeras,* zag ik nogal op, maar al na de tweede bladzijde was ik overtuigd. Nu ben ik bijna op de helft en ik voel mij echt genoodzaakt om mijn geweten te zuiveren. DVN hartje A.F.Th. Zo, dat is er ook weer uit.

* Vriend C., als je meeleest, je had dus helemaal gelijk.