dinsdag 28 oktober 2008

De eerste keer

Een van de leuke dingen aan een nieuw huis zijn alle eerste keren. Gisteren heb ik voor de eerste keer gekookt in het nieuwe huis - macaroni met rode saus op een tijdelijk fornuisje, maar toch. Gisterennacht hebben Vriend en ik voor het eerst in het nieuwe huis geslapen - kamperen in je eigen huis, een matrasje op het kale beton.
Een nieuw hoogtepunt was de eerste keervan zojuist: het eerste ikea-meubel van het nieuwe huis is een feit. Stiekem houd ik erg van ikea, en dan vooral van het in elkaar prutsen van de meubeltjes. Dat werkt toch zo ingenieus. En tegelijk zo makkelijk dat een echte alfavrouw zoals ik er raad mee weet. Helaas was het meubeltje van vandaag nogal eenvoudig. Het gaat om een MOLGER, een badkamerkastje dus. Acht drevels in de plankjes, daarna twaalf schroeven. Gelukkig wel van die mooie inbusschroefjes, waarvoor je de speciale, bijgeleverde slingera moet gebruiken. In no time stond MOLGER fier rechtop en was er weer een eerste keer achter de rug.
En met het voltooien van dit logje kan ik weer een eerste keer afvinken.

vrijdag 24 oktober 2008

Epicurus

Vanmiddag wordt collega J. gecremeerd. Namens de vakgroep Nederlands wordt dan dit gedicht voorgelezen.

Epicurus

Zijn wij er, Dood is er niet.
Is Dood er, ontbreekt het aan ons.
(Vrij naar Epicurus)

Dood, om maar iemand te noemen,
hoeft ons geen angst aan te jagen:
zijn wij er, hij kan er niet zijn dan,
is hij er, ontbreekt het aan ons.
We sluiten elkaar prachtig uit.

Dit is, E. te A., slim bedacht
en het helpt - tot op heden - nog ook
om de angst voor het eigen weg moeten
in eigen hoofd te houden.
Er is dus al heel wat gewonnen.

Maar ook liefsten zijn sterveling;
niet zelden neemt Dood hun plaats in.
Heb je daar ook al wat op gevonden,
hoe ik dat geen ramp hoef te vinden?

Want je weet, doodgaan is pas echt erg
voor wie juist met z'n drieën nog was:
Dood, Wie-er-mee-moet en Blijver.

Voor Dood is het maar zichzelf.
Voor Wie-mee-moet is het maar doodgaan.
Maar Blijver is lang heel erg leeg.

Anton Korteweg

dinsdag 21 oktober 2008

Kut

Collega J. moest in de vakantie een zware operatie ondergaan. Daarna zou hij een week of zes moeten herstellen en dan kwam hij weer op school. Alleen ging hij dood. Zomaar, op zaterdagochtend. Nu is het op school heel raar. De lessen gaan gewoon door, en wat moet je anders? Onze school is erg groot en veel leerlingen en collega's hebben J. nauwelijks gekend. Voor mij was J. als bovenbouwdocent Nederlands een van de meest naaste collega's. In elke les sta ik dus even kort stil bij zijn overlijden. Ik vertel dat ik aangeslagen ben en vraag of er leerlingen zijn die ook iets willen zeggen. Les na les blijft het indrukwekkend stil. Pas het zevende uur is er een leerling die wat kwijt wil.
'Ik vind het kut.'
En dat kan ik alleen maar beamen.

woensdag 15 oktober 2008

Verrassing!

Over een week wordt mijn moeder 65. Zij is niet zo dol op ouder worden en het idee dat je er dan nog eens bij stil gaat staan, vindt ze al helemaal niets. Extra moeilijk zijn de opvallende verjaardagen, waarbij je ineens bij een nieuwe groep gaat horen. Op haar 55ste kreeg ze een uitnodiging voor een seniorenbijeenkomst over veiligheid op straat. Senioren, het stond er echt! Erg confronterend voor de mama. Haar 60ste verjaardag wilde ze het liefst helemaal niet vieren en de mogelijkheid om 40% korting te krijgen in de trein, liet ze onbenut tot ook mijn vader (dertien maanden jonger, wat hij in dit soort situaties maar al te graag benadrukt) ervan mocht/moest profiteren.
Inmiddels is de papa ook een senior, hebben ze twee kleinkinderen en een echt pensionado-leven (vrijwilligerswerk, oppassen en uitjes met ns-pas en museumjaarkaart). Maar nu nadert dus een nieuw drama, de 65ste verjaardag. Suggesties van ons dat dit toch wel een feestje waard was (te bekostigen van de eerste aow!) werden neergesabeld nog voor ze goed en wel geuit waren. Daarop besloten wij dat haar verjaardag een familiedag zou worden, want als iets haar wel blij maakt, dan is het haar gezin bij elkaar te hebben. Ze vond dit zowaar een goed idee, behalve dan het gedeelte dat de invulling van de dag voor haar een verrassing zou zijn.
Ik ben belast met de organisatie van het een en ander en vanmiddag bevestigde ik de reserveringen en was alles in kannen en kruiken. Om dit aan mijn vader te laten weten, die inmiddels nogal nerveus is over het geheel, belde ik even naar huis.
"Met de moeder van DVN." (de omgekeerde wereld, want normaal neemt mijn vader altijd op)
"Hoi mama, met DVN, is papa er ook?" (om de omkering compleet te maken, want normaal vraag ik meestal juist naar haar)
"Papa is er wel, maar hij kan moeilijk aan de telefoon komen." (hij heeft sinds vrijdag last van spit)
"Maar ik moet papa zelf even hebben." (ik probeer zo neutraal mogelijk te klinken, alsof ik advies nodig heb voor onze nieuwe tuin ofzo)
"Aha, dan is het zeker geheim." (de smoes die mijn moeder niet doorziet, moet nog worden uitgevonden)
"Ja mama." (gij zult niet liegen)
"Oh. Jaja. Nou." (ze geniet hiervan!)
"Mama, geef de draagbare telefoon nou maar even aan papa." (zelf verkiest ze nog steeds de vaste telefoon, op het bureau)
"Die is leeg. Zal ik dan toch maar iets doorgeven?" (ze ruikt de overwinning al)
"Ja, zeg maar dat alles geregeld is."
"Oh."
En zo wordt het toch nog 1-0 voor DVN.

maandag 13 oktober 2008

Vandaag zit DVN aan de telefoon

Zaterdag tekenen Vriend en ik met een dikke stift op de muur van onze nieuwe keuken om aan te geven tot waar het stukwerk moet komen. Als we de koelkast willen intekenen, moeten we concluderen dat de schakelaar voor het licht in de keuken ongeveer vijf centimeter in de koelkast terecht gaat komen.

Een uurtje later haalt Vriend overal de stopcontacten en schakelaars van de muur, zodat de stukadoor die niet dicht gaat smeren. Ondertussen poets ik de wc's (ja, meervoud!) omdat ik het zo'n vies idee vindt dat de bouwvakkers daar al lekker gebruik van gemaakt hebben. Terwijl ik luidkeels zingend boven de plee hang, gaat ineens de badkamerlamp aan en weer uit. Ik kijk om en verwacht Vriend te zien, maar die is er niet. Dus ik roep naar beneden: 'Ee, dee jij da?'
'Wa?'
'Met da licht?'
'Huh?'
(Van klussen word je eloquent, zoveel is al wel duidelijk.)
En dan komt Vriend tot de wonderlijke ontdekking dat de badkamerlamp brandt als je in de keuken de mechanische ventilatie op 2 zet.

donderdag 9 oktober 2008

De oplevering

Gisteren was het dan zo ver: de oplevering van het vinex-paleis! Oftewel een tragikomedie voor zes personages.

Eerste scène:
Vriend en DVN (kopers) arriveren bij het v-p. De deur is nog op slot, dus ze drentelen een beetje op wat binnenkort hun stoep zal zijn. Ze bestuderen de voorgevel met bijzondere aandacht en overleggen op gedempte toon.
Na enkele minuten komt de Bouwvakker-Die-Lijkt-Op-Een-Volendamse-Visser het stoepje oplopen.
'De oplevering hiernaast is uitgelopen. Ik zal jullie vast binnenlaten en dan gaan De Baas en ik eerst even een boterham eten'.

Tweede scène:
Terwijl kopers de woning inspecteren en tevreden constateren dat de thermostaat inmiddels geplaatst is en een aantal van hun vorige week genoteerde punten reeds verholpen is, komt de VerenigingEigenHuis-man binnen. De VEH-man is bouwkundige en zal kopers bij de oplevering ter zijde staan. Kopers hebben dit alles meegemaakt, maar desondanks begint VEH-man met een omstandige inleiding. DVN vindt de man een typische leraar, waarin zij later gelijk zal krijgen.
Net als de VEH-man klaar is met zijn verhaaltje komen de Volendammer en zijn Baas terug. De Baas ziet eruit als de morsige broer van Pipo de Clown. Hij draagt een versleten geruit jasje, met een voordeelpak Cabalero in het borstzakje. Daaronder een ooit schoon geweest overhemd met scheef geknoopte stropdas. Zijn benen zijn gehuld in een ribbroek, waarvan de gulp voor tweederde openstaat. Zijn aangezicht tenslotte wordt bepaald door een bril met meekleurende glazen die, gezien de vele rookpauzes die Baas zich veroorlooft, zijn ogen vrijwel voortdurend aan het gezicht onttrekken. In zijn kielzog bevindt zich naast de Volendammer nog een jongeman met een helm en kapotte kleren.
Na een voorstelrondje kan het feest beginnen en begeeft het gezelschap zich naar de zolder.

Derde scène:
De VEH-man ontpopt zich al snel tot een ware pietlut. Nog voor de zolder goed en wel betreden is, heeft hij het eerste punt al gesignaleerd.
'Die wasmachine-afvoer. Dat afschot is niet goed.'
Baas kijkt, knikt en maakt een hoofdbeweging naar de Volendammer. Voor DVN kan vragen wat 'afschot' eigenlijk is, begint de bouwvakker het euvel al te verhelpen. Vriend lijkt wel te weten wat 'afschot' is en knikt goedkeurend, waarop DVN besluit, ondanks VEH-mans 'er zijn geen domme vragen', haar vraag in te slikken.
De VEH-man heeft zich inmiddels op de dakkapel gestort. Hij bevoelt de vensterbank, opent het raam en steekt zijn bovenlijf naar buiten. Hij constateert dat er geschilderd is terwijl het waaide. Er zit zand in het schilderwerk en dat moet over. Baas kijkt berustend en knikt opnieuw naar zijn hulptroepen. De man-met-de-helm mummelt iets waarin slechts het woord 'schilder' te herleiden is en pakt zijn mobiele telefoon. Even later verschijnt in het trapgat de schilder, die door de helmdrager geïnstrueerd wordt.

Vierde tot en met veertiende scène:
Iedere ruimte inclusief het fietsenhok, de voor- en achtergevel en de voor- en achtertuin worden aan een zeer grondige inspectie onderworpen. De enkele puntjes die de VEH-man over het hoofd worden gezien, worden door Vriend en DVN onder de aandacht gebracht. Zij worden daarvoor door de VEH-man (eens een leraar, altijd een leraar) uitvoerig gecomplimenteerd. De Baas kijkt almaar minder opgewekt door zijn getinte glazen en stuurt morrend zijn voetvolk aan om het v-p in perfecte staat te krijgen. Tussendoor blijkt hij, hoe verrassend, te grossieren in flauwe, liefst vrouwonvriendelijke oneliners als 'het wordt hier bouwschoon, maar niet vrouwschoon opgeleverd'. DVN besluit dat ze daar ver boven staat en dient de man niet van snedig repliek, al kost dit haar zichtbaar moeite.

Vijftiende scène:
Na het afwikkelen van de nodige formaliteiten en het schudden van verschillende, lang niet allemaal schone, handen, zijn Vriend en DVN officieel bezitter van hun vinex-paleis. Na het uitlaten van de overige personages, slaan Vriend en DVN verwoed aan het klussen. Het doek valt terwijl Vriend de stopcontacten van de muur haalt en DVN met een bouwstofzuiger het ergste vuil te lijf gaat.

Het het publiek blijft zitten met een aantal prangende vragen. Komt de stukadoor nog opdagen? Zal het vocht van de lekkage snel genoeg drogen om de planning van de vloerboer niet te verstoren? Zal het Vriend en DVN lukken om in goede harmonie van het vinex-paleis een waar paradijs te maken?

Epiloog:
Na een middag hard werken, geven Vriend en DVN er om zeven uur de brui aan. De eerste werkzaamheden zijn verricht. De stukadoor is niet gekomen en kan een telefoontje van DVN tegemoet zien. Opluchting overheerst omdat de vloerboer denkt dat de lekkage geen probleem zal worden. Moe maar tevreden sluiten V&D hun nieuwe huis voor het eerst zelf af en storten zich in een nieuw avontuur: ontdekking van de locale horeca. Hierover kunnen we kort zijn, de vinex-wijk heeft een uitstekende snackbar!

dinsdag 7 oktober 2008

Het vinex-paleis

Morgen is het dan eindelijk zo ver, we krijgen de sleutel van ons vinex-paleis. Een reuze spannende dag, die in huize DVN grondig voorbereid wordt. Vorige week mochten we alvast aan de bouwer laten weten wat ons allemaal niet zinde. Dit is morgen dan al zo veel mogelijk verholpen, zodat er weinig is om over te zeuren. In theorie dan, hè, want de bouwer is het natuurlijk niet op alle punten met ons eens en we zullen morgen ook nog wel andere dingen vinden, dus gezeurd wordt er toch wel. Als je drie ton uitgeeft, mag je best zeuren over een slordig kitrandje, vindt u niet?
We hebben deze toestand al een keer meegemaakt (ons huidige appartement is ook nieuwbouw) maar toch vind ik het nu een stuk spannender. Wellicht heeft het idee dat het huis nu ook daadwerkelijk van mij wordt ermee te maken (of zou het toch het idee zijn dat ik nu een schuld van anderhalve ton heb?). Hoe dan ook, het houdt me flink bezig.
Maar minstens net zo spannend is het proces dat gaat volgen. We hebben allerlei afspraken met stucpoppetjes, vloermannetjes en stratenmakers. Dit alles door Vriend reuze professioneel ingepland in een speciaal computerprogramma (een nerd is een nerd...). Vanaf morgen moet blijken of het ook echt allemaal zo gaat lopen als wij gepland hebben. Of zal ik zeggen: zoals wij hopen?

Wordt vervolgd.

vrijdag 3 oktober 2008

Dr. Kovac weinete bitterlich

Drie weken geleden voltrok zich in huize DVN een klein drama. U moet weten dat ik ER-fan van het eerste uur ben. De eerste aflevering kan ik me nog levendig herinneren. Het was zaterdagavond, ik was vijftien en was aan het oppassen bij de familie V. Al zappend kwam ik langs een ziekenhuisserie. Nu heb ik het helemaal niet zo op ziekenhuizen en de bijbehorende series hoeven voor mij ook niet zo, zeker niet als ze realistisch zijn. Brrr. Ik wilde dus al bijna verder zappen. Maar toen gebeurde het. Dr. Carter, toen nog een piepjonge co-assistent kwam in beeld. Hij miste de metro en kwam zo te laat voor zijn eerste ontmoeting met zijn begeleider Dr. Benton, de chagrijnige chirurg die drie seizoenen later zijn hart toch op de juiste plaats bleek te hebben. Ik bleef kijken.
Een paar seizoenen later werd de zaterdag verruild voor de vrijdag en dan had ik koorrepetitie. Geen nood, ik programmeerde de video (dat kon verder toch niemand bij ons thuis) en keek de volgende ochtend samen met Zus. Ook toen zij in Maastricht studeerde en ik in Nijmegen, bleef ER in het weekend vaste prik. Weer later, toen we niet meer elk weekend kwamen bijtanken in het ouderlijk huis, belden we elkaar tijdens en/of na de uitzending op voor de broodnodige evaluatie.
Principieel als ik ben, kijk ik alleen nieuwe afleveringen, en dan nog op het moment dat de AVRO aan een nieuw seizoen begint. Om de een of andere reden denken ze daar dat ER het beste na DVN-bedtijd kan worden uitgezonden, maar daarvoor hebben we tegenwoordig een harddisc-recorder, die elke aflevering braaf opneemt en bewaart. Ieder aanbod van Vriend om hele seizoenen voor me te downloaden heb ik resoluut afgeslagen. Zo hoort het niet.
Tot drie weken geleden. Op zaterdag ontdekte ik dat ER die avond weer kwam. Dolblij programmeerde ik de recorder. Tot ik ontdekte dat het hier aflevering twee betrof van het nieuwe seizoen. Geheel buiten mij om was de AVRO aan een nieuw seizoen begonnen. En NIEMAND had mij gewaarschuwd. Dat viel me vies tegen van die AVRO. En nog viezer van Vriend. Hij leest immers veel beter in de krant dan ik, dus hij had mij moeten waarschuwen. Ja toch. Juist. Om het goed te maken bood hij aan de aflevering voor me op te snorren op het wereldwijde web. Hij vond alleen een Duitse versie, gedubt en al. Dat kon toch niet waar zijn?
Met aflevering twee en drie op de recorder en nummer vier in aantocht, moest ik vanavond de naakte waarheid onder ogen zien. Beter dan die Duitse aflevering ging het niet worden. En dus keek ik die. Natuurlijk keek ik die. En dat ging allemaal best. De medische termen waren in het Duits niet te volgen, maar dat is in het Engels eigenlijk niet anders. Dat de dokters allemaal Duits praatten, maar de namen op z'n Engels uitspraken was wel raar, maar ook daar kon ik me overheen zetten. Maar kan iemand alsjeblieft, bitte, degene die de stem van Dr. Kovac verzorgt op een cursus huilen sturen?