vrijdag 26 september 2008

Vriend versus zelfredzaamheid

Zojuist las ik over Rosalie en haar nieuwste aanwinst Frits. Het relaas heeft mij aan het denken gezet. Eerst over het feit dat onze iPod ondanks jarenlange trouwe dienst geen naam heeft. Best zielig eigenlijk, voor zo'n fijn apparaatje. Maar Vriend en ik spreken liefdevol over de iepod dus eigenlijk heeft ie wat dat betreft geen klagen.
Verontrustender vond ik mijn gedachtegang over het flippende muziekdoosje. Daarbij bleek dat mijn zelfredzaamheid echt beneden alle peil is. Even een kleine toelichting voor de mensen die te lui zijn om eerst Rosalies verhaal te lezen: zij kocht een nieuwe iPod, sloot het ding aan, plempte het vol muziek en danste vervolgens door de kamer tot het nieuwe speeltje het begaf. Mijn eerste gedachte: 'o, dan zou ik hem aan Vriend geven, met de mededeling 'hij is stuk' en kniezend wachten tot Vriend hem gefikst had.' Heus, zo dacht ik het letterlijk.
'Maar,' dacht ik verder, 'als je nou geen Vriend hebt, dan ben je mooi de pineut.' Hier werd het dus wat hypothetisch, want ik heb 'm wel, en als ik 'm niet had, had ik zeer waarschijnlijk ook geen iPod. Maar goed, dat dacht ik niet, dat denk ik nu en zo wordt het allemaal wel erg wat als. Terug naar mijn gedachte. Je zou toch maar zo de pineut zijn.
'In dat geval zou ik teruggaan naar de winkel en bevallig met mijn ogen knipperend wachten tot het winkelpoppetje het apparaat gefikst had.' - DVN is een gehaaide consument, mensen. Kniezen werkt niet in winkels, bevallig knipperen wel. - Zo zou ik het aanpakken. Het zou echt nooit in mijn opkomen om een youtube-filmpje te zoeken met instructies om de gadget zelf te reparen. Nooit.

dinsdag 23 september 2008

Schoolziek

Gisteren ben ik ziek naar huis gegaan. Ik zal u de details besparen, maar ik kon nog geen glas water binnen houden. Een dag later gaat het al een stuk beter en heb ik het bed voor de bank verruild. 's Ochtends vind ik het eigenlijk nog best lekker. Vriend staat op, ik draai me nog eens lekker om. Vriend gaat werken, ik lees een boek. Als ik geen zin meer heb in lezen, kijk ik een film. Vriend stuurt af en toe een sms'je, Moeder en Zus bellen om te vragen hoe het gaat. Hier kan ik wel aan wennen.
Als het boek uit is en de film ook, begint het toch wat te knagen. Eigenlijk had ik best naar school gekund. Op deze manier lig ik meteen een week achter met die ene v6-klas. Zou er iemand in mijn plaats naar die vergadering gaan? En ze zullen v3 toch wel gebeld hebben dat ik vandaag uitviel? Anders stonden die arme schatjes vanochtend om 8 uur voor niets op school. Ik open de schoolmail en wordt bedolven onder de ongelezen mail, de ene nog belangrijker dan de andere. De moed zinkt me in de schoenen en eigenlijk voel ik me helemaal nog niet zo jofel. Ik besluit dat de meeste dingen wel tot morgen kunnen wachten en neem de raad van collega A. ter harte. 'Rust maar eens goed uit,' mailt hij. Ik blijf lekker nog een dagje schoolziek.

donderdag 18 september 2008

Later wordt het leuker

Ik heb het eerste uur vrij gehad, en loop aan het begin van het tweede uur mijn lokaal binnen. Bij het bureau staat een nieuwe collega-in-opleiding met een paar leerlingen. Ik zie meteen hoe laat het is en zeg tegen mijn leerlingen, die al op de gang staan te wachten, dat ze nog niet naar binnen mogen. Ik wacht tot ze klaar is en haar leerlingen mopperend het lokaal verlaten.
'Gaat het?'
Bij wijze van antwoord barst mijn collega in tranen uit. Zonder na te denken loods ik haar het lokaal uit, naar de werkkamer, terwijl ik mijn leerlingen nu juist het lokaal in dirigeer. Over mijn schouder roep ik dat ze weten waar we gebleven zijn en dat ik bij terugkomst verwacht hen werkend aan te treffen. Ik wacht tot de ergste tranen voorbij zijn en vraag wat er gebeurd is. Al snel is duidelijk dat ik dit niet in een paar minuten kan verhelpen. Daarom roep ik een collega-begeleider met een tussenuur. Ik blijf nog even tot ze helemaal gekalmeerd is en ga dan naar het lokaal. Daar zitten mijn leerlingen met allemaal hun werk voor hun neus. Natuurlijk wordt er wat gekletst, maar nog voor ik mijn positie voor het bord heb ingenomen, wordt het stil en kan ik mijn werk doen. Het volgende uur kun je in mijn havo 4 (vijf zittenblijvers, zeven opgestroomde vmbo'ers en achttien 'gewone' leerlingen) een speld horen vallen terwijl ik een verhaal voorlees van Kader Abdolah.
Wat doet mijn jonge collega verkeerd? Niets, tenzij je haar haar gebrek aan ervaring wilt aanrekenen. Zonder noemenswaardige voorbereiding en begeleiding wordt zij geacht een halve lesbaan te combineren met haar studie. Een paar jaar geleden deed ik hetzelfde en was ik met enige regelmaat de wanhoop nabij. Ik hoop maar dat het haar lukt om die eerste tropenjaren te overleven. Druk blijft het, maar leuk wordt het wel. Echt.

woensdag 10 september 2008

HO

Nog even over mijn HO-mentorleerling. Het gesprekje maandag verliep eigenlijk best goed. Het is namelijk wel een hele aardige jongen. Om mijn vraag over het leren lopen moest hij lachen. Gelukkig maar, want niets zo vervelend als een mislukte grap als je iets wilt bereiken.
En slimme kinderen hebben ook zo hun voordelen. Je kunt ze namelijk heel makkelijk dingen uitleggen. Over dat een leraar een leerling niet ten overstaan van de hele klas toestemming kan geven om openlijk te gaan zitten niksen, maar dat er wel andere mogelijkheden zijn. Over actie en reactie, of hoe kinderachtig gedrag een kinderachtige leraar oplevert. En, het allermoeilijkst, over hoe andere leerlingen deze stof wel moeilijk vinden en dat hij zich misschien hopelijk kan voorstellen dat zij wel graag veel uitleg krijgen. Tien minuten later gingen we allebei reuze tevreden het lokaal uit. Ik ben heel benieuwd hoe het donderdag in de les zal gaan.

Een vlek op het plafond

Gisterenochtend kreeg ik een mailtje van Vriend. Of ik soms een beest had doodgemept op het plafond in de woonkamer. Nee dus. Als ik 's avonds thuiskom zie ik direct waarop hij doelde. Midden in de woonkamer zit een bruine vlek op het plafond. Geen idee waar die zo ineens vandaan komt. Afgestompt als ik ben van een lange dag werken die eindigde met het oprichten van een nieuwe intervisiegroep (daarover later meer), besteed ik verder geen aandacht aan.
Op mijn vrije dag bel ik 's ochtends altijd even met Zus. Terwijl wij het weekend doornemen valt mijn ook weer op de vlek. En nu ben ik wel wakker en ik staar naar het plafond (aj, nare associatie). Die vlek is raar. Die vlek hoort daar niet. Ik bespreek het geval meteen met Zus en zij suggereert dat er wat lekt. Ik denk meteen aan de bovenburen, keurige mensen, die vast geen lijk middenin de woonkamer laten liggen. Zus oppert dat er wellicht ook buizen door ons plafond lopen en dat daar iets mis mee zou kunnen zijn (de nuchterheid is niet helemaal eerlijk verdeeld in ons gezin).
Na het bellen klim ik gewapend met een vaatdoekje op een stoel en probeer de vlek te verwijderen. Dat lukt, maar als ik weer op de grond sta zie ik dat er nu een grotere, lichtgroenige vlek op het plafond zit. Hopelijk valt het mee als het opdroogt, maar de volgende keer neem ik een wit vaatdoekje.

vrijdag 5 september 2008

Mentortwijfels

Naast DieVanNederlands ben ik hier op school ook mentor. Dit jaar voor het eerst van een groepje leerlingen uit vwo 5. En dat is best spannend. Voorheen was ik mentor van v3 en dat was niet zo moeilijk, want daar kun je niet zo veel aan verprutsen. In vwo 5 is het toch allemaal wat serieuzer. Ik moet deze leerlingen gaan begeleiden bij hun beroepskeuze en ervoor waken dat ze niet blijven zitten. Daartoe acht ik mezelf nog wel in staat. Maar hoe volwassener de kindjes, hoe volwassener de problemen. En daar zie ik toch wel een pietsie tegenop moet ik eerlijk zeggen. Zo heb ik twee meisjes met een islamitische achtergrond en een lastige papa (volgens het overdrachtsformulier). En die meisjes die zien er prima uit en die houden wel van een beetje vrijheid. En die lastige papa's... Ik weet niet of ik daar wel geschikt voor ben. Vooralsnog heb ik me voorgenomen om maar te zien hoe het komt. Ik zou graag zeggen dat ik er het volste vertrouwen in heb, maar dat is helaas niet zo.
Dan is er nog de Hoogbegaafde Onderpresteerder. Dat is echt een begrip in onderwijsland en nu heb ik er dus één in mijn klasje. De eerste aanvaring is al binnen want gisteren weigerde hij die 'domme opdrachtjes' te maken, die volgens hem echt voor kleuters bedoeld waren. Dat een groot deel van zijn medeleerlingen er ondertussen behoorlijk op zat te zwoegen, vond hij geen interessante observatie. Hij is er duidelijk nog niet aan toe om zijn egocentrisme los te laten. Op mijn voorstel is hij direct aan de eindopdracht van het hoofdstuk begonnen, om te bewijzen dat hij het allemaal al wel begrijpt. Ben benieuwd of dat ook zo is. In dat geval ga ik op zoek naar iets waar ik hem wel mee kan uitdagen, want de afgelopen lessen was hij behoorlijk hinderlijk aanwezig. En dat terwijl sommige leerlingen, bijvoorbeeld bovengenoemde meisjes, veel moeite hebben met Nederlands.
Maandag komt mijn HO langs voor een kennismakingsgesprekje, dat ik net heb zitten voorbereiden. Volgens het dossier is zijn motto 'Als ik het snap, hoef ik niets te doen. Als ik het niet snap, kan ik niets doen.' Ik denk dat ik daar wel wat mee kan. Misschien moet ik hem om te beginnen maar eens vragen hoe hij heeft leren lopen.